Inbouw van een kortkoppelmechanisme boven de wagenbodem
De fraaiste manier om een kortkoppelmechanisme in te bouwen is deze weg te werken in de wagenbak, dus boven de wagenbodem. Het vergt doorgaans wel extra werk: er zal een gat in de bodemplaat moeten worden gemaakt.
Op deze pagina is te zien hoe je een kortkoppelmechanisme boven de wagenbodem kunt plaatsen. Lees hierna ook de pagina met aanvullingen/verbeteringen! Op één van de pagina's die zijn gewijd aan het afbouwen van een half-afgemaakt 3-assertje van CwModelbouw is ook een serie foto's te vinden over het inbouwen van de mechanismen boven de wagenbodem.
Alle foto's (tenzij anders vermeld) en tekst: Peter van der Kleij(†), aangevuld door mij. In dit voorbeeld zijn de mechanismen ingebouwd bij het model van een HSM-coupé-rijtuig van Philotrain (artikelnummer 870?40-1), maar het kan ook bij andere modellen van Philotrain en modellen van andere merken worden toegepast (het gaat om de werkwijze, niet om het model).
De fraaiste manier om een kortkoppelmechanisme in te bouwen is deze weg te werken in de wagenbak, dus boven de wagenbodem. Het vergt doorgaans wel extra werk: er zal een gat in de bodemplaat moeten worden gemaakt.
Op deze pagina is te zien hoe je een kortkoppelmechanisme boven de wagenbodem kunt plaatsen. Lees hierna ook de pagina met aanvullingen/verbeteringen! Op één van de pagina's die zijn gewijd aan het afbouwen van een half-afgemaakt 3-assertje van CwModelbouw is ook een serie foto's te vinden over het inbouwen van de mechanismen boven de wagenbodem.
Alle foto's (tenzij anders vermeld) en tekst: Peter van der Kleij(†), aangevuld door mij. In dit voorbeeld zijn de mechanismen ingebouwd bij het model van een HSM-coupé-rijtuig van Philotrain (artikelnummer 870?40-1), maar het kan ook bij andere modellen van Philotrain en modellen van andere merken worden toegepast (het gaat om de werkwijze, niet om het model).
Verschillende soorten kortkoppelmechanismen.
Bij het inbouwen is gebruikgemaakt van Symoba-kortkoppelingen. Hierbij zijn varianten te onderkennen, zowel voor het mechaniek als voor de schachten waar uiteindelijk de koppelingen in worden geschoven.
Bij het inbouwen is gebruikgemaakt van Symoba-kortkoppelingen. Hierbij zijn varianten te onderkennen, zowel voor het mechaniek als voor de schachten waar uiteindelijk de koppelingen in worden geschoven.
- Voor wat betreft het mechaniek: er is gebruikgemaakt van de kleine, vierkante variant.
- Voor wat betreft de schacht: hierbij zijn 3 varianten beschikbaar: met een lengte van 10 en 12 mm en een schacht met een knik erin. Laatstgenoemde is hoogstwaarschijnlijk ongeschikt voor de ombouw zoals hier beschreven.
De inbouw.
1) Na het solderen van de bodem van je model dien je er voor te zorgen dat aan de onderzijde en bovenzijde alles goed glad en schoon is. Indien noodzakelijk de trappen iets inkorten en de remslangen samen met de rangeerderstreden niet monteren. Bij dit model kan de remslang blijven zitten daar deze omhoog loopt (het betreft in dit voorbeeld de HSM-uitvoering van dit rijtuig). Bij dit model zijn de treeplanken ook iets verder uitgefreesd i.v.m. het kunnen draaien van de draaistellen. Teken een rechthoekig vlakje af op de bodem. Kenmerken: het vlakje begint ca 5 mm van de binnenkant van de bufferbalk en is 10,5 x 5 mm groot.
1) Na het solderen van de bodem van je model dien je er voor te zorgen dat aan de onderzijde en bovenzijde alles goed glad en schoon is. Indien noodzakelijk de trappen iets inkorten en de remslangen samen met de rangeerderstreden niet monteren. Bij dit model kan de remslang blijven zitten daar deze omhoog loopt (het betreft in dit voorbeeld de HSM-uitvoering van dit rijtuig). Bij dit model zijn de treeplanken ook iets verder uitgefreesd i.v.m. het kunnen draaien van de draaistellen. Teken een rechthoekig vlakje af op de bodem. Kenmerken: het vlakje begint ca 5 mm van de binnenkant van de bufferbalk en is 10,5 x 5 mm groot.
2) Dit deel moet worden verwijderd. Boor hiervoor eerst een gaatje (zie foto boven) en frees het vlakje eruit. Als frezen niet tot je mogelijkheden behoort dan kan het ook worden gedaan met een slijpschijfje. Beide technieken vergen wel attentie en bescherming (denk aan een veiligheidsbril) doordat we te maken hebben met snel ronddraaiende onderdelen en mogelijk wegschietende stukken metaal.
Pas op: als je het gat groter maakt dan aangegeven, bestaat de kans dat het mechanisme erdoor valt.
3) Nadat je dit hebt gedaan, kun je twee gaatjes boren van 1,4 mm en 14 mm uit elkaar. Deze gaatjes moeten ongeveer gelijk vallen met de achterste lijn van het uitgefreesde gat. De gaatjes dienen ervoor het mechaniek later vast te kunnen klemmen.
4) Je kunt nu het geheel spuiten en afwerken. Monteer daarna eerst de buffers. Maak een stripje profiel van ca 17 mm lang met twee M1.4-schroefgaatjes erin getapt. Plaats het kortkoppelmechanisme op de bodem met de pen door het gat. Klem het mechanisme op zijn plaats met twee M1.4-boutjes. Je kunt nu met de koppeling erin het geheel uitlijnen. Indien alles goed op zijn plaats zit, kun je de schroefjes aandraaien. Niet te strak anders kan het pennetje niet meer bewegen. Eventueel het mechaniek borgen met wat lijm, maar doe dit pas als de wagen is getest en geen problemen met koppelen en rijden geeft (zie verder).
5) Als laatste de schacht op de juiste hoogte monteren.
6) Om de kap passend te maken op het onderstel met koppelmechanisme, dient uit de bevestigingslippen een kleine uitsparing te worden gemaakt (frezen, vijlen of slijpen) voordat je het model gaat spuiten. Pas op dat ze niet te groot worden anders vallen de schroeven ter bevestiging van de kap eruit. Tip: zorg er vóór het werk voor dat de gaatjes getapt zijn.